De klok verzetten: ons jaarlijkse ritueel
In 2019 stemden de Europarlementariërs in met het idee om de klokwissel af te schaffen, met een streefdatum in 2021. Maar de COVID-19-pandemie gooide er roet in het eten, waardoor alles weer werd uitgesteld. Dit jaar zetten we de klok, zoals altijd, op de laatste zondag van oktober terug. In Frankrijk en in de hele Europese Unie moeten we in de nacht van zaterdag 25 op zondag 26 oktober 2025 om precies 3 uur ‘s nachts de klok een uur terugzetten, zodat het meteen 2 uur ‘s nachts is – tijd voor een extra uurtje slaap!
Hoewel veel slimme apparaten zoals smartphones dit automatisch regelen, moet je bij sommige dingetjes nog zelf even de klok aanpassen. Denk bijvoorbeeld aan ovens, activity trackers die niet gesynchroniseerd zijn en ouderwetse analoge wekkers.
Hoe de uurwijziging je gezondheid beïnvloedt
Het verzetten van de klok zorgt bij velen voor een soort “mini-jetlag”. Volgens artsen en slaapexperts merken vooral mensen die later naar bed gaan, kinderen, ouderen, nachtwerkers en mensen met slaapproblemen hier de gevolgen van. Je voelt je dan sneller moe, prikkelbaar, minder alert en je eetlust kan wat verstoord raken.
Om deze effecten te verzachten wordt aangeraden om in de ochtend wat extra licht op te vangen. Een wandeling van 20 tot 30 minuten in de frisse ochtendlucht of een sessie met een lamp van 10.000 lux voor een half uur kan echt helpen. En als de vermoeidheid toeslaat, kan een kort dutje van maximaal 20 minuten in de vroege middag ook verlichting bieden.
Wat onderzoek zegt over klokwissels en energie
Onderzoekers van Stanford Medicine hebben in grootschalige modellen bekeken wat de invloed is van verschillende klokschema’s op onze gezondheid. Zo zou het aanhouden van de standaardtijd leiden tot een daling van het percentage zwaarlijvige mensen met 0,78 procentpunt en jaarlijks zo’n 300.000 beroertes in de VS voorkomen. Hoewel een permanente zomertijd ook wat voordelen heeft, lijkt de standaardtijd een gezondere keuze te zijn.
Vroeger was energiebesparing het belangrijkste argument voor het verzetten van de klok. Sinds 1996 is de besparing echter flink gezakt – van 1.200 GWh tot slechts 351 GWh in 2018, wat neerkomt op een daling van meer dan 70%. Nu wordt het effect op het totale energieverbruik geschat op slechts 0,07%. Volgens de Europese Commissie variëren de besparingen per land tussen 0,5% en 2,5%.
Hoewel vroeger het besparen van energie voor iedereen overtuigend was, lijkt dat argument nu minder zwaarwegend te zijn.
Terwijl we ons klaarmaken voor de komende klokwisseling, blijven de vragen over hoe dit ons dagelijks leven beïnvloedt en wat het oplevert op energieniveau ons aan het denken zetten. Misschien is het tijd om nog eens te kijken of dit oude ritueel wel helemaal past bij hoe we tegenwoordig leven.